15 op 26 industrielanden, waaronder België, behalen een onvoldoende voor kinderrechteneducatie.
Uit een nieuw UNICEF-rapport blijkt dat de onderwijscurricula van 15 industrielanden het recht van kinderen om te leren over hun rechten niet respecteren. Het rapport ‘Teaching and learning about child rights: A study of implementation in 26 countries’ brengt ook aan het licht dat geen enkel onderzocht land garandeert dat alle leerkrachten een opleiding krijgen over kinderrechten en vertrouwd zijn met het Verdrag inzake de Rechten van het Kind.
Voor UNICEF, die de opdracht gaf voor deze studie, is dit rapport “een ‘wake up call’ voor alle landen die het Verdrag hebben geratificeerd: het is hoog tijd om maatregelen die op een systematische manier verankeren dat kinderen over hun rechten leren.
Het rapport werd in opdracht van UNICEF opgesteld door het centrum voor kinderrechten van de Queen’s University Belfast. Het maakt een analyse van de situatie rond kinderrechteneducatie en gaat na welke uitdagingen hiermee gepaard gaan in 26 industrielanden en -regio’s. Ook de wijze waarop kinderrechten in de curricula en in de lerarenopleiding worden geïntegreerd, komt aan bod.
Het Verdrag inzake de Rechten van het Kind, in alle onderzochte landen van kracht, vereist een formeel engagement vanwege de Staten om zowel volwassenen als kinderen uitgebreid en systematisch te informeren over de principes en bepalingen van het Verdrag. In 15 landen echter bieden de onderwijsprogramma’s een dergelijke systematische toegang tot kinderrechteneducatie niet. België, maar ook Duitsland, Australië, Oostenrijk, België, Canada, Denemarken, Schotland, Spanje, de Verenigde Staten, Hong Kong, Ierland, Israël, Italië, Nieuw-Zeeland en Nederland.
25 jaar na de adoptie van het Verdrag inzake de Rechten van het Kind, het meest geratificeerde mensenrechtenverdrag ter wereld, moet er nog zeer veel in het werk worden gesteld opdat kinderrechten op grote schaal, beter bekend en toegepast worden in de scholen. Weten wat je rechten zijn en ze begrijpen is uiteraard fundamenteel om ervoor te kunnen opkomen. Kinderrechten op school systematisch verankeren en beleven op school is dus fundamenteel voor de reële uitvoering van het Verdrag.
Uit het rapport blijkt eveneens dat:
• enkel drie van de 26 landen op expliciete en permanente wijze een evaluatie maken van hun kinderrechteneducatie (via bijvoorbeeld inspectie).
• als kinderen al leren wat hun rechten zijn, er meestal geen referentie is naar het Verdrag en zij geen duidelijke uitleg krijgen bij het begrip ‘rechten hebben’.
Het rapport belicht eveneens talrijke voorbeelden van goede praktijken door de Nationale Comités voor UNICEF en het maatschappelijk middenveld, die erin slagen om alle aspecten van kinderrechteneducatie op verschillende niveaus te behandelen. Zij realiseren dit via beleidswerk, een hervorming van de eindtermen, de lerarenopleiding, maar ook door de kinderrechten in de opvolgings- en inspectieprocedures te integreren en door kinderrechten en een kinderrechtenbeleid te integreren in de volledige schoolcontext.
Zo heeft UNICEF België enkele jaren geleden een nieuwe strategie aangenomen. In plaats van verder te gaan met gastlessen rond kinderrechten in klasverband, zet de NGO in op een duurzaam multiplicatoreffect via opleidingen en ondersteuning voor leerkrachten en toekomstige leerkrachten. Hiernaast blijft UNICEF België samen met partners ijveren voor een beleid waarbij kinderrechten beter zouden moeten worden geïntegreerd in de onderwijsprogramma’s.
“We staan vandaag voor een grote uitdaging: we moeten ervoor zorgen dat deze voorbeelden van goede praktijken in de onderwijssystemen worden opgenomen”, verduidelijkt Marta Arias, UNICEF-expert en pleitbezorger. “Dit rapport wil een leidraad zijn voor de landen die deze hervorming gaan doorvoeren. Het helpt hen de beste keuzes te maken voor hun eigen nationale context.”
Met dit onderzoek wil UNICEF alle landen aanmoedigen om concrete maatregelen te nemen en zo het artikel 42 van het Verdrag te respecteren, alsook de vele aanbevelingen die het Comité inzake de Rechten van het Kind heeft geformuleerd. België werd in 2010 immers net om dit punt op de vingers getikt door het VN Kinderrechtencomité, het toezichthoudend orgaan voor de toepassing van het IVRK.
Bijkomende informatie:
Het rapport betreft volgende landen: Duitsland, Australië, Oostenrijk, België, Canada, Denemarken, Schotland, Spanje, de Verenigde Staten, Finland, Frankrijk, Hong Kong, Hongarije, IJsland, Ierland, Israël, Italië, Nieuw-Zeeland, Noorwegen, Nederland, Polen, de Republiek Korea, Slovakije, Slovenië, Zweden en Zwitserland.
Het is gebaseerd op een onderzoek van de beschikbare literatuur, op een vragenlijst die door experts uit de 26 landen werd ingevuld, op zeven casestudy’s (Duitsland, België, Schotland, Finland, Frankrijk, Hong Kong, Israël) en op een aantal indicatoren die de integratie van kinderrechten in het officiële onderwijssysteem aangeven.
Het rapport kan hier worden gedownload. Het educatief materiaal van UNICEF België vindt u hier.