Sinds 1 april 2018 is de wet op schijnerkenningen effectief van kracht. Een van de gevolgen van het in werking treden van de wet, is dat de ambtenaar van de burgerlijke stand een uitgebreidere bevoegdheid krijgt en vanaf nu ook preventief een erkenning mag weigeren, op basis van een vermoeden van fraude.

Een frauduleuze erkenning wordt hiermee ook strafbaar. De gevangenisstraffen en boetes gaan van een gevangenisstraf van een maand tot 3 jaar en een geldboete van 50 tot 500 euro. Bij verzwarende omstandigheden (bv. erkenning tegen geld of gebruik van geweld) kan die straf oplopen tot 5 jaar gevangenisstraf en 5.000 euro boete. Ook pogingen leveren een straf op tot 3 jaar gevangenis en 2.500 euro boete.

De juridische afstammingsband die ontstaat tengevolge van een erkenning blijft losgekoppeld van de biologische realiteit: er hoeft geen biologisch verwantschap zijn om een erkenning te kunnen doen. Hiertegenover staat dat een erkenning ook geweigerd kan worden, zelfs al staat de biologische band tussen de vader en het kind vast.

11 organisaties, waaronder de Kinderrechtencoalitie, dienden een beroep tot nietigverklaring in bij het Grondwettelijk hof. De wet is disproportioneel, criminaliserend en discriminerend tov kinderen die in België worden geboren uit 2 ouders met wettelijk verblijfsrecht. De gevolgen voor een kind waarvan de erkenning wordt geweigerd, zijn te verregaand en gaan in tegen het belang van het kind en het kinderrechtenverdrag.

Meer info:

http://www.agii.be/nieuws/inwerkingtreding-wet-schijnerkenningen(externe link)

http://www.kinderenopdevlucht.be/nl/het-platform/news-events/persbericht-beroep-grondwettelijk-hof-schijnerkenningen.html